Intimiderend goed
Sommige sprekers zijn intimiderend goed. Toastmaster Wereldkampioen Mohammed Qahtani is zo’n voorbeeld. Heb je hem nog niet zien langskomen op de socials met zijn speech ‘The Power of Words‘, kijk dan even naar z’n opening. Hilarisch en slim.
https://www.youtube.com/watch?v=Iqq1roF4C8s
Hij won niet voor niets in 2015 de Toastmasters World Championship of Public Speaking. En als je dat zo ziet denk je misschien: ‘Wat zijn de presentaties in ons dagelijks leven vaak toch gewóóntjes. Wat knállen we toch weinig… en zo’n aandachttrekkertje met een sigaret…wanneer doen we dat nou? We zijn ook meer van de kwartaaldoelen formuleren dan van de creativiteit’.
Het is wel waar: als je gaat spreken is de aandacht van je publiek vangen belangrijk. Onze hoofden zitten vol, onze focus is niet altijd bij de spreker. En nu we met ons team de sprekers voor TEDxAmsterdam aan het coachen zijn, zijn we er hier achter de schermen volop mee bezig: hoe vang je de aandacht van een breed publiek in die eerste momenten?
Zo’n creatief proces is niet altijd waar je je energie aan wil besteden als je een presentatie of pitch voorbereid. Dus voordat je aan zo’n zoektocht begint, kan je je beter eerst het volgende afvragen: wat hebben mijn toehoorders eigenlijk nodig?
Is dit misschien stiekem een speech?
Een paar inzichten helpen om te bepalen hoe je je verhaal kan insteken.
Ten eerste is daar het bepalen van het genre. Deze Toastmasters winnaar houdt eigenlijk geen presentatie, het is meer een speech. Een speech is echt een ander genre en wordt in Nederland vooral in de politiek gebruikt. Het is vaak bedoeld om te inspireren en over elk woord is van tevoren nagedacht. Een speech wordt vaak via internet of het nieuws verspreid (hier dus ook) en kritisch beluisterd en als het een knaller is dan kan ‘ie viral gaan. Je zit dus eigenlijk naar een performance te kijken.
Zo is het ook met deze fantastische spreker: hij doet z’n verhaal natuurlijk uit ‘t hoofd, het is op woordniveau nauwkeurig. Elke zinwending en pauze telt. Hij is als een acteur. En hij heeft dit dus niet op een blauwe maandag uit z’n mouw geschud.
Superleuk en knap. Maar níet te doen als je een pakweg 32-urige werkweek hebt en geen ambities om een Gouden Kalfje in de wacht te slepen of een TED talk te houden die 20 miljoen views kan halen.
Gelukkig werken we op de werkvloer vanuit het genre ‘presentatie’ en dat wil zeggen dat je in segmenten werkt en geen tekst uit je hoofd leert. Je loopt gestructureerd een aantal punten langs en hebt hoogstens wat steekwoorden op een papiertje staan. Je praat per slot over een onderwerp waar je kennis van hebt.
‘En? Hebben we er een beetje zin in?’
Naast genre speelt de betrokkenheid van het publiek een rol. Een publiek kan hoog of laag betrokken zijn. Een laag betrokken publiek weet weinig van je onderwerp, er is veel ruis en afleiding en dat betekent dat je écht met iets verrassends de aandacht moet vangen. Deze winnende spreker staat voor een typisch laag betrokken publiek, namelijk ‘Het Grote Publiek’. Iedereen die dit filmpje zomaar langs ziet komen moet even blijven plakken en denken: “Huh?…wat doet die nou? Je meent ‘t niet! Steekt die gast nou een sigaret op in een theater?”
De meeste presentaties op je werk daarentegen, hou je voor mensen die niet random binnen komen wandelen. Ze weten negen van de tien keer wie je bent en met een beetje geluk hebben ze in hun agenda staan waar jullie het over gaan hebben. Dat wil zeggen dat ze voorbereid zijn op wat er komen gaat, inhoudelijk zijn ze al enigszins op de hoogte (je werkt immers samen) en ze zitten niet te wachten om vermaakt te worden met confetti en vuurwerk, want ze hebben hopelijk een drukke agenda en het is wel prettig als je een beetje to the point bent.
Wat heeft mijn publiek echt nodig?
Voor een wat hoger betrokken publiek is het belangrijker dat je met passende inhoud komt: even vooruitblikt op welke onderwerpen je gaat adresseren en misschien heb je wat antwoorden op problemen waarmee geworsteld wordt. Dan is het spannend genoeg als je bijvoorbeeld een ‘raadsel op gaat lossen’ om de aandacht te vangen. ‘Weten jullie nog dat ze in de keuken 36 dozen caviavoer hadden staan in plaats van hagelslag? Ik ben blij dat ik wat licht kan laten schijnen op de oorzaken achter deze vreemde levering”. Laat de slide met inhoudsopgave van de punten die je gaat behandelen wel even achterwege, want dat is dan wel heel erg het tegenovergestelde van creatief. Zet jezelf warm en competent neer, zodat je publiek welwillend tegenover je komt te staan. Blik gewoon even vooruit op de hoofdlijn van je verhaal en dan ben je vast creatief genoeg.
Kortom: als je wat kennis hebt van wat je publiek echt nodig heeft om aandachtig te worden, kom je met het handig inzetten van je eigen ervaringen en kennis al een heel eind. En hoef je niet enorm out-of-the-box te gaan. En met een beetje geluk, zit er soms een hilarisch momentje tussen.